Two Rivers Marathon 17 maart 2024 – Een persoonlijk verslag door Rob Stofberg
Pas in de Middeleeuwen ontstonden langs de grote rivieren belangrijke handelssteden als Tiel, Utrecht, Deventer en Nijmegen. Zaltbommel, toen Bomela geheten, daarentegen was er al in 850. De plaats kreeg in 999 zowel tol- als muntrecht en groeide uit tot een belangrijke handelsplaats met -als bekroning- in 1231 zelfs stadsrechten.
Zaltbommel dus. Een pittoresk stadje, gelegen aan de oevers van de machtige rivier de Waal, met een rijke geschiedenis die teruggaat tot de vroege Middeleeuwen. Helaas verloor ze eind 19e eeuw haar status als een belangrijk handelscentrum aan de rivier. Gelukkig behield ze tot op de dag van vandaag wel haar historische charme, schilderachtige straatjes en eeuwenoude monumenten.
Op 17 maart jl. werd deze Vestingstad het decor voor de start en finish van mijn sportieve uitspatting: de Two Rivers marathon. Een traject van 42,2 km. door de Bommelerwaard, grotendeels over de dijken van de imposante rivieren Maas en Waal. Een marathon die ooit ontstaan is uit het trainingsrondje van deelnemers aan de Two Oceans Marathon; een ultra marathon in Zuid-Afrika van 56 km. die de deelnemers langs de Atlantische- en Indische Oceaan voert. De Two Rivers marathon is hiervoor inmiddels zelfs bestempeld tot een officiële ‘qualifier’ ervoor.
De eerdere weersvoorspellingen voor deze zondag waren niet echt bijster. Maar gelukkig blijken zowel de Griekse Zeus als de Romeinse Jupiter het evenement gunstig gestemd te zijn; droog, windkracht 3 en 9 0C, kortom prima loop condities. Vol goede moed reis ik zodoende -samen met trainer/begeleider Hans- met de auto af naar Zaltbommel. Aldaar aangekomen valt me het uitstekende werk van de organisatie op. Ruime (gratis) parkeerfaciliteiten op een paar honderd meter afstand van het evenementenpark van het Stadskasteel. Er zijn verschillende tenten voor uitgifte startnummers, het omkleden, de bewaakte bagage afgifte en er is zelfs gezorgd voor mobiele douchecabines. Allemaal ook binnen 10 minuten lopen te bereikbaar als je met de trein komt.
De start is hartje centrum op de Markt; circa 5 minuten wandelen vanaf voornoemd evenementenpark. Het is er gezellig druk met kraampjes, toeschouwers en muziek. Tamelijk ontspannen kijk ik vanuit het startvak naar het smalle historische stadsmuurpoortje een kleine 100 m verderop. Daar gaan we waar we straks met zijn allen onderdoor de Waalkade op.
Klokslag 10:00 uur valt het startschot. Het deelnemersveld van circa 450 (duo)marathonlopers komt rustig in beweging richting het poortje. Daarna volgt vanaf de Waalkade het weidse zicht op de Waal rivier; een fraai gezicht. Tweeënveertig kilometer; kom maar op, ‘k heb er zin in.
Terugkomende van blessures had ik mijn ambities voor vandaag iets teruggeschroefd en mijn doelstelling eerder al bepaald op een eindtijd van ergens tussen de 4:00 uur en 3:45 uur. Iets wat met het trainen op een marathontempo van 5:25/km. goed haalbaar moet zijn. Tegen die achtergrond sluit ik me voorlopig aan bij de hazen van 3:45 u. Het gaat lekker en met een groepje van circa 40 lopers vliegen de eerste kilometers soepeltjes onder de schoenen door de stad uit, langs de sportvelden en na een lusje onder het ‘Fiepstunnel’ (neen, geen schrijffout) door de Bommelerwaard in. Het is echt ideaal loopweer en ik voel me goed. Om me heen hoor ik een aantal -vooral Belgische- lopers praten over de Two Oceans marathon. Ze gaan er over drie weken heen. Er blijken ook jongens mee te lopen die zich voorbereiden op de Comrades marathon die in juni plaatsvindt.
Op 5 km. even -al rennend- een bekertje sportdrank en door om toch vooral bij de hazen te blijven. En zo passeren we de eerste plaatsjes. Pas bij doorkomst op 10 km. kijk ik even snel op mijn horloge. Nog niet eerder gedaan daar ik toch achter beide hazen aanloop; 52 minuten. Bij 11 km. gaan we de dijk op en even later komt Hans (van Mastwijk, red) naast me fietsen. Belangstellend vraagt hij hoe het gaat. Eerlijkheidshalve doe ik een ‘zo-zo’ gebaar. Het gaat wel, maar het houdt niet over. ‘k Ben pas op een kwart van de afstand en het kost me toch iets meer moeite dan verwacht.
Wetende dat ik voor de marathon serieus getraind heb zet ik de licht negatieve gedachten van me af en luister stilzwijgend naar wat de hazen onderling vertellen. Zoiets leidt lekker af. Het blijken ervaren jongens te zijn die al veel haaswerk hebben gedaan. Opmerkelijk is hoe lastig het blijkbaar is om bij de grote marathons als haas mee te mogen doen. Het heeft veel weg van solliciteren onder het tevens indienen van je “CV” van eerder verricht haaswerk. Rotterdam bijvoorbeeld gaat heel serieus te werk. Wanneer je als haas namelijk uiteindelijk méér dan één minuut positief of negatief afwijkt van de tijd waarvoor je aangenomen bent, dan mag je na afloop wat komen uitleggen bij de organisatie.
Het lopen over de Waaldijk geeft ondertussen een prachtige aanblik met voor mij een kleurige sliert van lopers. Er rijdt gelukkig nauwelijks verkeer en gelijkmatig c.q. constant lopen is redelijk goed mogelijk. Het tempo is nog te volgen, maar voor de zekerheid neem ik rond 15 km. toch maar een eerste gelletje.
Op 17 km. is er een listig hekje in het parcours en gaat de weg over in een smal fietspad. ’t Is even opletten om niet tegen de paaltjes aan te lopen, maar het gaat goed. Nog een klein stukje over de Maasdijk langs haven van Hedel en dan bereikt mijn groepje het halve marathon punt op de Hoenzadrielsedijk net onder de 1:50u. Hier wisselen de duolopers elkaar af en brengt een bus de gestopte lopers terug naar Zaltbommel.
Nog maar een gelletje en hup, het tunneltje onder de A2 door en via Hoenzadriel op naar Kerkdriel. Hoewel mijn hartslag met minder dan 10 slagen sinds de start gestegen is naar een bescheiden 150, moet ik er inmiddels toch wel een beetje aan trekken om bij de hazen te blijven.
Op de dijk richting Kerkdriel lopen mijn benen meer-en-meer vol. Hijgen hoef ik niet en ook mijn hartslag is nauwelijks verder omhoog gegaan. Toch heb ik nog maar weinig oog voor Golfclub De Dorpswaard die we passeren. Bij 26 km. moet ik dan toch even wandelen. Ik snap het niet. Waarom? De vorm van de dag? Even later herpak ik me en de volgende twee kilometers gaan in 5:24/km en 5:31/km. Hans is daar blij om. Het zijn tempo’s waar ik eerder ook zo’n beetje op getraind had. Dit moet dus vast te houden zijn.
Even later blijkt het tegendeel; opnieuw wandelen. Hans spoort me aan om toch vooral weer te gaan lopen. Ik doe dat en tracht aan te haken bij een passerende loopster. Ze loopt echter toch fractioneel uit, maar ik probeer de afstand tot haar vast te houden. Bij wat dijkhuisjes stopt ze echter; ze moet naar de WC. Vanaf dat moment is het voor mij eigenlijk over en uit. Wandelen en kleine stukjes hardlopen wisselen elkaar elke paar honderd meter af.
Met benen die niet meer willen passeer ik op 30 km. de zogenaamde ‘eierrotonde’ van Maasdriel. Met weinig interesse voor de reusachtige kip die het drukken verkeersplein tot haar nest gemaakt lijkt te hebben door naar Rossum. Mijn kilometertijden fluctueren inmiddels tussen de 6:00 en 6:20’.
Als het parcours rond de 32 km. de 2e rivier raakt, de Waal, realiseer ik me dit eigenlijk geen eens meer. Plaatsen aan de Waaldijk als Hurwenen zeggen mij ook helemaal niets. Hoe goed en oprecht bedoeld lukt het me niet meer om invulling te geven aan de stimulerende woorden van Hans: oké kom op, pik aan, ga mee, houd vast enz. Met een lege blik kijk ik naar de veeroosters in het parcours en staar ik even later overeenkomstig over de schijnbaar mooie Hurnse Kil op 37 km.
Met kilometertijden van inmiddels rond de 7 minuten verlang ik naar de finish. Laat het maar voorbij zijn. Hoopvol speur ik tevergeefs de horizon af naar de tuibrug van de A2 bij Zaltbommel. Pas bij 41 km. komt de karakteristieke Martinus Nijhoffbrug in zicht. Ik wil finishen en zoek nu naarstig naar de Kerktoren van Zaltbommel. Vlak daarbij is immers de eindstreep. Het parcours gaat echter enigszins langs de rand van de stad en lijkt daardoor langer te zijn dan het in werkelijkheid is.
De finish-geluiden zijn al even te horen, maar eerst moet ik nog de iets hoger gelegen Waalkade op. Het is de kade waar we direct na de start ook op gelopen hebben. Hoewel het slechts een paar meter omhoog is lukt het me niet dat nog hardlopend te doen. Met de laatste energie ‘ren’ ik dan toch nog de laatste 120 meter over de Waalkade naar de finish op de Markt. Na niet minder dan 44 keer wandelen vanaf het 26 km. punt zit het er met 4:00:12 uur eindelijk op. Bier en braai staat klaar, maar ik houd het maar even op water en veel sportdrank.
Weliswaar blij dat het voorbij is, maar snappen doe ik niets van het verloop van deze race. Nog nimmer heb ik zó beroerd een marathon gelopen als vandaag. En dat terwijl dit verre van mijn eerste keer is.
In de dagen erna toch maar eens heel kritisch gekeken naar de verschillende Garmin data. Daaruit werd me de oorzaak duidelijk. Ten onrechte heb ik blind vertrouwd op het met 5:20 a 5:21 minuten per kilometer vlak lopen van de hazen. Dat hebben ze echter niet gedaan. Tot aan het punt van mijn eerste keer moeten wandelen blijk ik -nota bene gemiddeld- 5:12 a 5:13/km te hebben gelopen. Dat tempo doortrekkende resulteert zoiets in een eindtijd van 3:39 a 3:40 uur; ver onder mijn eigen beoogde eindtijd.
Misschien hadden de hazen gerekend met verval in het laatste gedeelte, maar ik heb me op het aangehouden tempo gewoon helemaal stuk gelopen. Stom! Ik had gewoon niet blind achter hen aan moeten blijven gaan, maar mijn eigen verrichtingen zelf constant moeten monitoren op mijn sporthorloge. Waar de hazen zelf uiteindelijk op binnen zijn gekomen? Geen idee, maar zij zullen ongetwijfeld later hun tempo ‘gecorrigeerd’ hebben richting de voor hen geldende eindtijd.
Al met al een duidelijke les voor een volgende keer. Enne … misschien wordt dat wel 23 maart 2025 als de Two Rivers marathon haar 10e editie organiseert. Ik heb daar immers wel iets te corrigeren, toch?